Dodenherdenking 4 mei 2023 in Langbroek
Leven met oorlog
Het Nationaal Comité 4 en 5 mei heeft voor 2023 als thema gekozen ‘leven met oorlog’. Een actueel thema. Liever zou ik willen dat dit niet zo was. Dat oorlog een zwarte, verre herinnering zou zijn in ons verder vreedzame leven. Helaas is dat een utopie.
Oorlogen elders in de wereld zijn soms een ver van ons bed-show’, hoe gruwelijk de beelden, de ervaringen, de aantallen slachtoffers ook zijn. We nemen er kennis er van, spreken onze afschuw erover uit, storten geld op Giro 555 en gaan over tot de orde van de dag.
Tot 24 februari 2022. Door de Russische invasie in Oekraïne kwam oorlog toen ineens angstwekkend dichtbij. Oorlog op het Europese continent, een etmaal rijden van ons vandaan. Het raakte ons, en we kwamen massaal in beweging.
Inmiddels hebben bijna 12 miljoen Oekraïners huis en haard verlaten en het einde is nog niet in zicht. De meesten van hen gingen naar Duitsland maar ook in ons land en in onze gemeente vangen we vluchtelingen op. Zij zijn hier veilig maar maken zich voortdurend zorgen over hun geliefden, hun vrienden, buren en anderen die ze achter moesten laten.
Datzelfde geldt voor zoveel anderen. Al decennia lang worden landen in bijvoorbeeld Afrika en Azië geteisterd door interne en externe conflicten. In totaal zijn 100 miljoen mensen op de vlucht. 100 miljoen mensen. Ontheemd en getraumatiseerd. Wie neemt hen op? Wie kijkt naar hen om? Hoe leven zij elke dag met wat zij hebben meegemaakt?
Mijn ouders, mijn kinderen en ik zijn geboren in vredestijd. Wij hebben (gelukkig) geen idee wat leven met oorlog is. Ik ken de oorlog alleen van de verhalen van mijn grootouders. De Tweede Wereldoorlog had hen getekend en kwam regelmatig aan tafel ter sprake.
De verhalen over de spertijd, de allesoverheersende angst dat je werd opgepakt, over de familieleden die niet waren teruggekomen uit de kampen, maakten op mij als jong meisje diepe indruk. Mijn oma liet me een grote foto zien van haar joodse familie, bijeen ter gelegenheid van een 60-jarig huwelijk. Van de bijna 80 mensen was maar een handjevol teruggekomen.
De oorlog drukte niet alleen een stempel op de levens van mijn opa en oma, maar ook op die van hun kinderen en kindskinderen. Elk jaar bezocht ik met mijn ouders op 4 mei de Waalsdorpervlakte en toen ik zelf kinderen kreeg, nam ik ook hen mee naar Dodenherdenking. De oorlog deed ook iets met hen. Toen mijn zoon 16 werd, gingen we samen naar Auschwitz, op zijn verzoek. Het bezoek heeft op ons allebei een onuitwisbare indruk gemaakt.
Oorlog raakt mensen generaties lang aan en maakt ook lang nadien nog slachtoffers. Oorlog beschadigt, maakt angstig, wantrouwig en wakkert nieuwe vijandschap aan.
En de oorlog zit ook in ons. Al lijkt dat hier, op deze mooie mei-avond in Langbroek, misschien onwaarschijnlijk. Maar we zien het wanneer het geweld oplaait naar aanleiding van coronamaatregelen, bij gewelddadige boerenprotesten, klimaatacties, voetbalwedstrijden.
Vrijheid van meningsuiting is een groot goed in dit land, en dat moeten we altijd bewaken. Maar je legt je mening niet met geweld aan een ander op. De weg van agressie, haat en geweld loopt namelijk altijd dood.
Ik wil u, en ons allemaal oproepen: laten we de oorlog in onszelf bestrijden. Laten we beginnen met luisteren naar elkaar. Met nieuwsgierig zijn naar de ander. Begrip opbrengen voor nieuwkomers, voor zij die anders zijn, anders denken of anders willen leven. En veroordeel niet.
Auschwitz, Mauthausen, Dachau en Treblinka zijn niet alleen uit stenen opgebouwd, maar allereerst uit woorden. Verdraaide woorden, haatdragende woorden, leugens die in de harten van mensen een vruchtbare voedingsbodem vonden.
Laten we die woorden geen kans geven maar ruimte geven aan compassie, begrip en tolerantie. Zodat al diegenen die wij vandaag herdenken, die hun leven hebben gegeven voor onze vrijheid, niet voor niets zijn gestorven.
Ik besluit met een gedeelte van een gedicht van Gerrit Achterberg:
‘DODENHERDENKING
Want wie zijn leven gaf voor anderen in nood,
Hem komt het laatste toe wat lot- en landgenoten op kunnen brengen
als de schuld der dankbaarheid.
Een handvol bloemen en een woord te rechter tijd;
Gezwegen van de tranen ongemerkt vergoten
Bij ’t eenzaam breken van het dagelijks brood.’
Burgemeester Iris Meerts